Verbijsterend wat mensen elkaar aan kunnen doen.

Militair en oud-militair: Wim Sanders en Fred Berndsen

Militair en oud-militair: Wim Sanders en Fred Berndsen

Fred: “Ik heb tijdens mijn uitzendingen naar oorlogsgebied veel kinderen gezien die er ellendig aan toe waren, zoals sterk ondervoede kinderen. Vooral waar kinderen in het gedrang kwamen, raakte mij dat diep.”

Wim: ”Ik wist niet waar ik het zoeken moest. Ik werd van alle kanten vol onder vuur genomen, kogels sloegen vlakbij massaal in. Je denkt nog maar aan één ding: overleven. Ik heb mij in een kelder laten vallen, bibberend als een rietje.”

Fred Berndsen en Wim Sanders, beiden uit Groesbeek, hebben een defensiehart. Fred diende zeventien jaar bij de mariniers en momenteel werkt hij bij de politie. Wim werkt sinds 1982 bij het leger, vooral bij de Luchtmobiele Brigade. Het militaire leven heeft hen veel goeds gebracht. Maar op uitzendingen naar het buitenland, maakten ze ook veel nare dingen mee. Wim: “Bij defensie leerde ik zaken die mij in het verenigingsleven goed van pas kwamen. Zoals knopen doorhakken. In het leger moet je niet polderen. Je moet snel in actie komen om te kunnen overleven.” Fred: “Ik leerde er wat discipline is. De filosofie daarachter? In krijgssituaties moet je als groep snel kunnen handelen, anders loop je gevaar. Je moet blind op elkaar kunnen vertrouwen. Eén vent is geen vent.”

Kinderen
Fred: “Ik ben op uitzending geweest naar Cambodja en Irak. In Irak bewaakten we, na de eerste Golfoorlog, de veiligheidszones voor de Koerden, waar het Irakese leger zich niet mocht vertonen. Je ziet op missie vervelende dingen. Kinderen die ondervoed zijn, kinderen die overlijden, families met een gehandicapt kind, waar andere families op neerkeken. Eenmaal zag ik een familie uit de bergen komen, met een naakt, gehandicapt kind. We hebben het kind aangekleed, maar de volgende dag was het verdwenen. Zo’n kind is een schande voor de familie in de beleving van die mensen. Wat ermee gebeurd is? Geen idee. We hebben het vermoeden dat het kind om het leven gebracht is. Als kinderen in het gedrang kwamen, raakte mij dat diep. Naast het bewaken van de vrede, waren we daar vooral humanitair bezig. Tentenkampen bouwen, orde handhaven. Een veilig gebied voor burgers creëren.”

 

Onder vuur
Wim, met missies naar Bosnië en Afghanistan op zijn naam, maakte deel van Dutchbat 3 tijdens de beruchte val van Screbenica in 1995. Een ervaring die hem bepaald niet in de koude kleren is gaan zitten. Wim: “Wij waren daar om de burgerbevolking te beschermen en een veilige enclave te bieden. De Serviërs rukten op richting Screbenica en verwoestten alles en iedereen die op hun weg kwam. Huizen en fabrieken werden in brand geschoten, mensen vermoord. Ik zag hoe veertig gezinnen zich in een autogarage verschansten. De garage werd bestookt door zwaar geschut. De ellende die je dan te zien krijgt is met geen pen te beschrijven. Net voor de val werd ik met mijn eenheid ingezet om een corridor vrij te maken opdat vluchtelingen onze compound, een grote fabriekshal, konden bereiken. Ineens werden we vanuit de bergen van alle kanten vol onder vuur genomen. De kogels vlogen ons letterlijk om de oren. Ik dacht nog maar aan één ding: hoe overleef ik dit? We hadden geen schijn van kans. Als commandant probeer je de groep bij elkaar te houden, maar iedereen zat verspreid in de dekking. Ik liet mij in een keldergat vallen, de kogels sloegen in aan alle kanten. Ik bibberde als een rietje. Ineens zag ik dat de kelder vol vluchtelingen zat. De mensen waren doodsbang, ze huilden, schreeuwden, waren radeloos. Een moeder wilde haar kleine baby aan mij meegeven om het in veiligheid te brengen. Maar dat kon niet. Ik moest mijn groep weer bij elkaar zien te krijgen. Na de hergroepering lagen we weer van alle kanten onder zwaar vuur We zaten als ratten in de val. Pas na een uur of vijf bereikten we weer onze compound.”

Massamoord
Wim: “Na de val zat het terrein vol met vluchtelingen. Ze hadden alles achter moeten laten. Hun wereld was vermorzeld. Onder de vluchtelingen bevonden zich veel kleine kinderen. De angst en paniek in hun ogen… verschrikkelijk om te zien. We waren vooral bezig met hoe we uit deze situatie konden komen, hoe we de vluchtelingen konden helpen. We hebben er, binnen onze mogelijkheden alles aan gedaan om de mensen te beschermen. We konden de massamoord niet voorkomen. De mensen werden de poort uitgeleid, wij mochten de poort niet uit. En we wisten niet wat er buiten gebeurde. Uiteindelijk werden de mannen van de vrouwen gescheiden en meer dan zevenduizend jongens en mannen werden vermoord. Gruwelijk. De grootste genocide in Europa na de Tweede Wereldoorlog. Wij waren machteloos. We kregen geen (lucht)ondersteuning, hadden te weinig en te lichte wapens, we hadden amper munitie.”

Eftelinghotel
Wim: “In de buurt ben ik bij thuiskomst geweldig opgevangen. Er hing een spandoek: ‘Bosnië, lik me reet, de buurt is weer compleet’. Maar landelijk kantelde de publieke opinie. ‘Wij hadden gefaald’, zei men. ‘Waarom hebben jullie niet meer gedaan’. Weer thuis kreeg ik bezoek van De Gelderlander, het Groesbeeks Weekblad, RTLnieuws. Teveel van het goede. Met mijn gezin zat ik een lang weekend ondergedoken in het Eftelinghotel. Jaren na Srebrenica bleek ik te lijden aan een PostTraumatische StressStoornis(PTSS). Dat uitte zich in veel zaken in mijn privéleven, maar ook naar buiten toe. Ik deed er vijftien jaar over die ervaringen te verwerken, en kan het nu pas een redelijke plek geven.”

Verbijsterend
Fred: “Ik ben in Irak in dorpen geweest, waar de bewoners door gifgas zijn uitgemoord. Daar hing een macabere sfeer. In Cambodja bewaakten we onder andere een stembureau toen er een man met een gordel vol handgranaten om aan kwam lopen. Hij pakte een granaat en dreigde die te gooien. Ik gaf mijn mannen opdracht hun wapen op hem richten en daarbij was het bevel: ‘tot hier en niet verder’. De spanning was bij iedereen voelbaar. Uiteindelijk koos hij eieren voor zijn geld en ging weg. In Cambodja heb ik ook ondervonden wat de Rode Khmer tijdens haar bewind heeft aangericht. Twee miljoen mensen zijn vermoord. We waren in een school waar mensen zijn gemarteld en gedood, midden in een woonwijk, waar gewoon mensen woonden en het alledaagse leven doorging. Het is verbijsterend wat mensen elkaar aan kunnen doen.”

Naar het overzicht

Jan de Valk

Over de schrijver

Jan de Valk

Jan schrijft met passie en beleving en dat lees je terug!

Lees meer

Remi van Bergen

Over de schrijver

Remi van Bergen

Oprichter RvB Media en uitgever van 6 regionale edities Topic Magazine. Het gezicht van de regio en uw communicatie adviseur voor zichtbaarheid. Allrounder en in het bezit van jarenlange ervaring in de schrijvers- en communicatiewereld, altijd nieuwsgierig naar actualiteiten en bedrijvig in vrijwilligerswerk voor meerdere verenigingen.

Lees meer

© 2024  |  RvB Media - Topic Magazines  |  Privacyverklaring