In ondertrouw bij mijnheer pastoor

Na tweeëneenhalf jaar verkering besloten Riet en ik in 1969 om te gaan trouwen. Er moest natuurlijk van alles geregeld worden. Zo werden er afspraken gemaakt met de trouwambtenaar, de feestzaal en mijnheer pastoor.

Na tweeëneenhalf jaar verkering besloten Riet en ik in 1969 om te gaan trouwen. Er moest natuurlijk van alles geregeld worden. Zo werden er afspraken gemaakt met de trouwambtenaar, de feestzaal en mijnheer pastoor.

In ondertrouw
Eerst moesten we in ondertrouw, anders konden we niet in de kerk trouwen omdat het huwelijk een sacrament is. Van al deze afspraken is die bij mijnheer pastoor in de geboorteplaats Rossum van mijn vrouw mij het meeste bijgebleven. Heel anders dan in mijn eigen dorp, waar het er gemoedelijk en ontspannen onder het genot van een drankje aan toe ging. Nee deze mijnheer pastoor had zijn taken serieus voorbereid om ons schijnbaar als goede katholieken het huwelijk in te laten treden.

Op de knieën
Er lag een bijbel op tafel en een met de hand geschreven brief. Ik werd naar de gang verbannen. Riet moest op haar knieën met haar hand op de bijbel verklaren dat ze geen onkuisheid had begaan. Verder moest ze beloven dat ze haar hele leven haar man onderdanig zou zijn. Ze zei toen tegen mijnheer pastoor: “Ik ben net tweeëntwintig, ik weet nu echt niet of ik dit allemaal kan waar maken.” “Stil”, zei de pastoor “beloof dit nu maar, anders kan je niet trouwen in de kerk.”

Toen was ik aan de beurt. We werden weer gescheiden van elkaar. Ook ik kreeg het handgeschreven briefje in mijn handen. Hij verzocht ook mij om dit op mijn knieën hardop voor te lezen. Mijnheer pastoor zag wel aan mij dat ik hier helemaal geen zin in had. Dus dreigde hij mij ook: als ik het niet voorlas hij ons niet zou trouwen. Op het briefje stond dat ik kuis had geleefd en geen onwettige kinderen op de wereld had gezet. Ik ben voor de goede vrede overstag gegaan en heb de brief maar voorgelezen, alleen niet op mijn knieën. Toen ik ermee klaar was kon ik de opmerking niet voor me houden, dat het net als bij het normale biechten was, waar bijna nooit de gehele waarheid werd gesproken.

De voorlichting
We mochten samen plaatsnemen aan tafel en kregen een lauw kopje koffie. De pastoor begon zijn voorlichting met de woorden: “Alles wat voor jullie tot nu toe verboden was, móét je doen na het trouwen. Maar wel”, met zijn vinger omhoog, “pas na het trouwen!”

Riet vroeg aan hem:  “Wat bedoelt u hiermee?” Kwam hij toch met een verhaal op de proppen dat ik een doorzichtige blouse voor Riet moest kopen en dat wij de gordijnen moesten sluiten. Riet moest die dan zonder te mopperen en zonder BH aandoen en mij hiermee verleiden. Wij keken elkaar aan en kregen spontaan de slappe lach. Dit was echter tegen het zere been van mijnheer pastoor, want binnen vijf minuten stonden we op de stoep. Dat was een lekker korte bijeenkomst dus hadden we nog de hele avond voor ons om onkuisheid te begaan. Of dit toen ook gebeurd is, kan ik me niet meer herinneren.

Theo Dinnissen

Naar het overzicht

© 2024  |  RvB Media - Topic Magazines  |  Privacyverklaring