Zevenheuvelen of zesdalen?

De afgelopen twee jaar hebben veel mensen ontdekt hoe fijn wandelen is en hoe mooi en afwisselend de natuur is in het Rijk van Nijmegen. Er is de keuze uit vlak of heuvelachtig, bos of open terrein, water of droge heide. De landschappen zijn gevormd in de laatste twee ijstijden die er op aarde heersten. Deze koude periodes traden vooral in de afgelopen 2,5 miljoen jaar op, mogelijk door kleine verschillen in de hoeveelheid zonlicht op aarde, die weer het gevolg waren van schommelingen in de stand van de aardas en van de baan van de aarde om de zon.

De afgelopen twee jaar hebben veel mensen ontdekt hoe fijn wandelen is en hoe mooi en afwisselend de natuur is in het Rijk van Nijmegen. Er is de keuze uit vlak of heuvelachtig, bos of open terrein, water of droge heide. De landschappen zijn gevormd in de laatste twee ijstijden die er op aarde heersten. Deze koude periodes traden vooral in de afgelopen 2,5 miljoen jaar op, mogelijk door kleine verschillen in de hoeveelheid zonlicht op aarde, die weer het gevolg waren van schommelingen in de stand van de aardas en van de baan van de aarde om de zon.

Heel vroeger was Nederland niet meer dan een rivierdelta. Maar in de voorlaatste ijstijd, die de naam Saalien kreeg, was de ijskap vanuit Scandinavië naar het zuiden gegroeid tot de lijn Haarlem-Nijmegen.

Het Saalien duurde van ongeveer 200.000 jaar tot 125.000 jaar voor christus. Het ijs drukte door zijn gewicht de ondergrond voor en naast zich omhoog. Die ondergrond bestond uit lagen zand, grind of klei, net wat de rivieren op hun weg naar de zee hadden achtergelaten. Toen het ijs niet verder groeide bleef die opgestuwde berg, de stuwwal, liggen. In warmere tijden zocht het smeltwater zich een weg over en door de stuwwal en zo ontstonden er grotere en kleinere dalen. De grond die hiermee wegspoelde werd afgezet op de flanken en onderaan de berg. Een overblijfsel van deze spoelzandvlaktes is Heumens Oord. Wie van Nijmegen naar het zuidwesten fietst zal dan ook merken dat het steeds licht daalt. Ook de Heemtuin Malden ligt op de spoelzandvlakte.

Op de stuwwal is het wandelen een iets grotere uitdaging. Het gebied tussen Beek, Berg en Dal en Wyler heet niet voor niets Duivelsberg. Hier is de mooie wandeling N70 uitgezet. Dekkerswald, het Kraaiendal en de Hooge Hoenderberg, die deel uitmaken van de Boswachterij Groesbeek liggen ook op de stuwwal. Net als verder naar het zuiden de Mookerhei, daarna buigt de stuwwal naar het oosten waar bij Plasmolen nog een heel smal strookje over is, de St. Jansberg, om vervolgens uit te lopen in het Reichswald. Dankzij dat smalle strookje is op een kaart goed te zien dat de stuwwal als het ware om Groesbeek en Breedeweg heen ligt. Het heeft de vorm van een tong en wordt dan ook het tongbekken van Groesbeek genoemd. Hier lag destijds een uitloper van de gletsjer, want die lijn Haarlem-Nijmegen was uiteraard niet recht. Het tongbekken bij Groesbeek is het enige tongbekken dat bewaard is gebleven.

De komende tijd is er voorjaarsflora te bewonderen op de St. Jansberg en de Duivelsberg, zoals speenkruid, bosanemonen, gevlekte aronskelk en klaverzuring. Dit zijn kruidachtige planten, die moeten bloeien voordat het blad weer volop aan de bomen zit en daardoor het licht op de bodem wegneemt. De gemeente Heumen ligt prachtig centraal met al deze gebieden op een fietsafstand van zo’n tien kilometer. Om kikkervisjes te spotten moet je echt nu en dan de Heemtuin bezoeken. Over het water in het Rijk van Nijmegen een volgende keer meer.

Informatie over de heemtuin:

 

 

Naar het overzicht

© 2024  |  RvB Media - Topic Magazines  |  Privacyverklaring